Dubbel Mono

donderdag, juli 30, 2009

 
Madison Violet - No Fool for Trying

Zou de derde plaat van Madison Violet (eentje onder de naam Madviolet, twee onder de huidige naam) moeizaam tot stand zijn gekomen? Afgaand op de tekst van opener "The Ransom" valt het tegenwoordig niet mee om in een bandje te spelen: 'The money ain’t coming in like I hoped/ And all this smoke / Is like a hammer in my throat/ It’s only rock and roll/ With a sold-out show/ Darlin’ please/ Can we go home?'



Laten we het er in ieder geval op houden dat die sold-out show nog lang geen routine is voor de dames van Madison Violet. Want hoewel ze zo langzamerhand een aardig publiek hebben opgebouwd - waar ook de Canadese held Ron Sexmith deel van uitmaakt - zijn ze er nog lang niet.
Lees verder...
|| 10:38 a.m.

zondag, juli 26, 2009

 
Matthew Sweet & Susanna Hoffs – Under the Covers Vol. 2

Na Storms volkomen mislukte poging om zijn gevoelens voor Susanna Hoffs in toom te houden, zal ik proberen met een iets andere blik naar de tweede coverplaat van Matthew Sweet & Susanna Hoffs te luisteren. Het eerste wat uiteraard opvalt is dat het duo een decennium is opgeschoven: bevatte Vol. 1 bewerkingen van liedjes uit de jaren zestig, de liedjes van Vol. 2 komen uit (het begin van de) jaren zeventig.



Hun blikveld is wederom bijzonder wijds. Dus geen gemakzuchtige singer-songwritersklassiekers, maar liedjes uit uiteenlopende genres als blues, glamrock, rhythm & blues en zelfs progressieve rock. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat sommige tracks zo volkomen kapot zijn gespeeld dat ook klasbakken als Matthew Sweet en Susanne Hoffs er geen nieuwe draai meer aan konden geven ("All the Young Dudes", "You’re So Vain", "Maggie May").
Lees verder...
|| 12:23 p.m.

woensdag, juli 22, 2009

 
Chaino – Eye of the Spectre / Kava Kon – Tiki for the Atomic Age

Voor wie denkt dat onder de noemer exotica vooral saai kabbelende achtergrondmuzak voor space age bachelor pads gemaakt werd, moet eens luisteren naar Chaino. Geen Les Baxter- of Martin Denny-achtige, met uitgebreide orkesten opgeleukte wereldmuziek uit Oceanië, Azië of Hawaii, maar the real thing: tribale ritmes uit diep-donker Afrika. Virtuoos op bongo’s gespeeld door Leon Johnson aka Chaino, wiens levensverhaal net zo triest verlopen is als dat van vele rock- en blueshelden uit zijn tijd.



De originele platenmaatschappij wist wel wat ze deed om in the cashen op de heersende mode en het heersende beeld over muziek uit Afrika: Verve bracht dit album uit onder de naam Jungle Mating Rhythms. Eye of the Spectre geldt als een van de beste albums uit zijn genre: bizarre Afrikaanse ritmes, afgewisseld door hitsige kreten, gekreun en rauwe uitroepen.



Kava Kon maakt een soort 21ste eeuwse tegenhanger van de door de legendes van Kon-Tiki gefascineerde exotica en mixt triphop met deze jaren-vijftig-zitkuilmuziek. Het had gemakkelijk een soort edelkitsch op kunnen leveren (en het balanceert soms gevaarlijk op die rand), maar Tiki for the Atomic Age is wonderwel geslaagd.
Lees verder...
|| 10:31 a.m.

zondag, juli 19, 2009

 
Magnolia Electric Co - Josephine

Ophouden. Nu. En wel godver meteen. Het is dat zenmeester en gentleman Leonard Cohen het niet zo zou uitdrukken, maar hij bedoelde het natuurlijk wel, toen hij opriep om niet weer covers op te nemen van Hallelujah. Waarbij de treurige dieptepunten eigenlijk onvermeld moeten blijven: de Engelse en Nederlandse talentenjachtwinnaressen haalden nota bene de hitparades met hun versies.



De enige die wel eens de zegen van de oude bard zou kunnen krijgen is Jason Molina. 'I’ve been as lonesome as the world’s first ghost' – uit de mond van iedere andere zanger zou het klinken als pathetische onzin, maar Jason Molina komt er mee weg. Zo intens als hij zijn altijd op het randje van overslaan verkerende stem kan inzetten, kunnen er niet veel.
Lees verder...
|| 10:04 a.m.

woensdag, juli 15, 2009

 
The Panicks - The Complete Recordings

Zoals Gear Fab Records eerder al de complete recordings van The Monocles en The Higher Elevation uitbracht nadat deze bands figureerden op een van de deeltjes Psychedelic States, zo hebben ze dat nu ook gedaan met The Panicks. Treat Me Right en You’re My Baby bleken slechts de twee singles te zijn die The Panicks midden jaren zestig uitbrachten.



De rest van hun oeuvre lag ergens in een kelder vergeten te zijn. Nu moeten we ons niet teveel voorstellen van de grootte van dat oeuvre. Alles wat ze opgenomen hebben is op deze ene cd terug te vinden. We hebben het dan over zes instrumentale versies van een aantal van hun liedjes, een alternate version en de slechts acht liedjes die niet eerder de muziekstudio verlaten hadden.
Lees verder...
|| 1:35 p.m.

zondag, juli 12, 2009

 
Charlie Robison / Drew Nelson

Zal het dan toch sarcastisch bedoeld zijn, de titel van Charlie Robison's nieuwe plaat? De muziekpers houdt vol dat Beautiful Day een echtscheidingsplaat is, geschreven na een negen jaar durend, maar mislukt huwelijk met Dixie Chick Emily Erwin. Ik hoor het er in eerste instantie nauwelijks in. De ironie van de titelsong was me wel opgevallen ('well she changed her name / what’s wrong with that'), maar de liefdesliedjes willen maar niet bitter worden.



Eigenlijk is dat jammer, want Beautiful Day is een van die onopvallende platen die maar niet wil beklijven. Charlie Robison heeft een aan Steve Earle herinnerende stem en een vakmanschap dat misschien wel bijna even groot is, maar geen scherpe randjes kent. En dat bracht de hardcore troubadour nu juist naar de eregalerij.




Drew Nelson heeft die positie ook nog lang niet bereikt, maar zijn Dusty Road to Beulah Land is een mooie stap. Jefferson Pepper is de eerste associatie die naar boven komt bij het beluisteren van deze singer-songwriter (die we vooral niet moeten verwarren met zijn Canadese naamgenoot, de bluesmuzikant). Het zijn de losers van de maatschappij die met mededogen bezongen worden in verhalende liedjes met mooie vondsten ('I try not to hate the new job / Home Depot’s not that bad / it’s just the stupid teenage boss / and the orange vest that I can’t stand'). De toonzetting is veelal akoestisch, maar Drew Nelson is niet bang voor scheurende gitaren en een heftig rockend randje. Zijn stem heeft bovendien een fijne rauwe klank en hij weet voor elke track een goeie hook te bedenken.
Lees verder...
|| 5:04 a.m.

woensdag, juli 08, 2009

 
Strawberry Window - zt

Als je het hippiedom anno 1966 in San Francisco zou moeten definiëren, dan kom je met het noemen van de band Strawberry Window een heel eind. Allereerst zijn er de bandleden: jonge, naïeve en langharige bloemenkinderen - nog op de middelbare school -, met een muzikale achtergrond in surf, folk, rock en jazz.



Dan is er de naam van de band: gepikt uit een boek van Ray Bradbury. Iedereen die in dat verhaal door dat aardbeienraam kijkt, krijgt de wereld te zien zoals je het zou willen zien. Ja, lief, onschuldig en vol verwachting waren ze daar, in Haight Ashbury. Muzikaal hielden ze zich ook niet aan grenzen: men experimenteerde naar hartelust met verschillende stijlen, van elektrisch versterkte folk tot gierende acid jams.
Lees verder...
|| 1:00 p.m.

zondag, juli 05, 2009

|| 1:02 p.m.

 
The Strange Boys - And Girls Club

'when you’re a cowboy / on the plains / everyone you / meet on the way / you either kill or entertain.' En: 'this girl taught me a dance / called the I don’t care / […] / stand alone over there / and watch everyone else around you care.'
Dat je maar weet dat The Strange Boys niet zomaar een garageband is met dito teksten.



Uit de titel van hun derde plaat is al duidelijk dat ze lol hebben in taalspelletjes. Ook hun muziek zit net iets geraffineerder in elkaar dan dat van de gemiddelde navolgers van sixtiesbandjes. Natuurlijk zingt Ryan Sambol dan weer verveeld snotty, dan weer pathetisch jankerig ("Should have shot Paul': 'Should have shot Paul / popped the wrong mop top / should have shot Paul'), speelt hij rammelend gitaar en sneert soms als Bob Dylan toen die net elektrisch was gegaan.
Lees verder...
|| 12:38 a.m.

woensdag, juli 01, 2009

 
The Sea - Get It Back / Men Without Pants - Naturally

Het idee hoeven we niet meer uit te leggen: twee muzikanten is genoeg voor een flinke bak op blues en punk gebaseerde herrie. The Black Keys en The White Stripes zijn ongetwijfeld het meest succesvol met deze truc. De eerlijkheid gebiedt dan wel te zeggen dat deze bands intussen een flink end verwijderd zijn van de elementaire punkblues die hun Engelse soortgenoten van The Sea maken.



Hoe lang het duo Peter en Alex Chisholm het vol zal houden om hun schreeuwvariant op plaat en podium zo elementair te houden, weet ik niet, maar met een liedje als "Love Love Love" hebben ze wel een fijne, naar primitieve hardrock smakende beuktrack te pakken



Het tweetal achter Men Without Pants heeft er niet alleen al een carrière in andere bands opzitten, ook is hun duo-vorm van blues flink geëvolueerd ten opzichte van de broekies van The Sea. Russell Simins kennen we uiteraard van The Jon Spencer Blues Explosion en Dan the Automator liet eerder van zich horen via Gorillaz.
Lees verder...
|| 1:03 p.m.