Dubbel Mono

woensdag, maart 21, 2007

 
The Redlands Palomino Company - Take Me Home


Het ontdekken van de naam van Gina Villalobos in de liner-notes van The Redlands Palomino Company was het eerste teken dat we hier wel ‘ns met een prima plaat van doen konden hebben. Hoe de Britten het voor elkaar kregen dat de kroonprinses van de americana mee wilde doen vertelt het verhaal niet, maar Take Me Home kan ook prima op eigen benen staan.



Frontvrouw Hannah Elton-Wall heeft een aangenaam slordige stem, zo eentje die een in essentie niet opzienbarend liedje op een hoger niveau kan brengen. Niet dat The Redlands Palomino Co. alleen door haar gedragen wordt: ook echtgenoot en partner-in-crime Alex Elton-Wall rouwdouwt zich aangenaam door de twaalf songs.
Lees verder...
|| 1:36 p.m.

 
Neil Young - Live at Massey Hall 1971

Nummer drie in de Performance Series? Jawel, Live at the Massey Hall 1971, een akoestisch optreden in Toronto, geldt als de derde release in de serie live-albums van Neil Young. Nummer twee was het prachtige Live at the Fillmore East 1970. De vraag blijft dan: wordt de voor het najaar aangekondige Archive Vol 1 Boxset (8 cd’s + 2 DVD’s!) de nummer één in de reeks, of komt er nog een live-concert uit de jaren ’60? Wie van de doorgewinterde kenners kan deze eenvoudige recensent bijlichten?



En kan me dan meteen verteld worden waarom Neil Young de opnames van Live at the Massey Hall zo lang heeft tegengehouden? Het geluid is kraakhelder en Neil Young’s optreden behoort tot zijn allerbeste: breekbaar, oprecht en intens.
Lees verder...
|| 1:33 p.m.

vrijdag, maart 16, 2007

 
The Palace Guards - The Complete Recordings

De eerste opnames die verzameld zijn op The Complete Recordings van The Palace Guards stammen uit 1965 en de laatste uit 1969. Hun ontwikkeling liep niet parallel aan die van veel andere bandjes uit die tijd, namelijk van het spelen van basale rock ‘n‘ roll naar het freaken in psychedelische tracks.



The Palace Guards, (niet te verwarren met het bijna gelijknamige Californische Palace Guard) , begon met het naspelen van The Kinks en The Animals - overigens meer dan verdienstelijk - en ging, naarmate ze hun instrumenten beter beheersten, steeds poppiër klinken. Hun garage-versie van de British Invasion klinkt in eerste instantie enthousiast en geinspireerd en vliegt zo nu en dan uit de bocht ("Gas Station Boogaloo Downtown").
Lees verder...
|| 1:00 p.m.

|| 12:58 p.m.

vrijdag, maart 09, 2007

 
Ian Rilen & The Love Addicts – Passion Boots & Bruises

Eventjes dacht ik de al jaren geleden aangekondigde bluesplaat van Lemmy Kilminster in handen te hebben. Zo als twee druppels water lijkt de stem van Ian Rilen bij tijd en wijle op die van de frontman van Motörhead. En hoewel de band waarmee de Australiër min of meer doorbrak ooit bijna net zo bekend was als Motörhead, is vrijwel iedereen intussen Rose Tattoo vergeten.



Ian Rilen’s volgende band, X("X is better than Sex"), is zo mogelijk nog verder weggezakt in de vergetelheid. Beide bands schijnen overigens - in volstrekt nieuwe incarnaties - nog steeds te bestaan. Dat laatste kan intussen niet meer gezegd worden van Ian Rilen. In oktober 2006 is hij Jimi Hendrix een hand gaan geven en nu, bijna anderhalf jaar na de oorspronkelijke release, krijgen wij deze plaat met The Love Addicts in handen.

Lees verder...
|| 12:41 p.m.

donderdag, maart 08, 2007

 
The Unfolding - How To Blow Your Mind and Have a Freak-Out Party

Uit de psychedelische knip-en-plakhoes had ik het niet opgemaakt, maar de liner-notes bieden uitkomst: The Unfolding is de naam van de band die deze plaat gemaakt heeft. Desondanks blijft het onduidelijk wie of wat deze band is. Roger Maglio, grote man achter Gear Fab Records, de helden die zoveel psychedelische briljantjes opnieuw uitbrengen, suggereert in diezelfde liner-notes dat The Unfolding een groep is die door een New Yorkse studio bij elkaar gebracht is om in te cashen op de heersende hippie- en psychedelica-rage.



Maar net als The Monkees lijkt ook hier het resultaat alleszins aan de kwaliteitseisen te beantwoorden. Dat wil zeggen: de eerste kant van de LP (en dus de eerste helft van de CD). Vijf tracks worden onder het kopje ‘acid rock’ verzameld op kant 1 en vijf tracks als ‘meditations’ op kant twee. Die laatste kunnen we laten voor wat ze zijn: curiosa.
Lees verder...
|| 11:28 a.m.

woensdag, maart 07, 2007

 
Lieve Lucinda,

Het moet niet meevallen om door te breken met een plaat als Car Wheels on a Gravel Road. Alles wat je daarvoor en daarna gemaakt hebt en nog zult gaan maken, zal worden afgemeten aan de onaantastbaar hoge standaard die je zelf hebt gezet. Daarom is het goed dat je het lef gehad hebt om niet krampachtig de weg te vervolgen van rauwe blues, opgefokte powerpop en diep-donkere country. Essence en World Without Tears, de cd’s die Car Wheels… opvolgden, deden dat wel, maar haalden niet het niveau van die plaat-die-ik-niet-meer-noemen-zal.



Toch waren het geen slechte platen. Wanneer de gemiddelde zangeres uit Nashville en/of wijde omstreken met een plaat als één van deze zou debuteren, zouden de liefhebbers voor haar deur liggen. Daarom heb ik respect voor je lef om een ander pad in te slaan.
Lees verder...
|| 12:43 p.m.